Je loopt over straat en je komt een sigarettenpeuk, een kauwgom of het haar van een vrouw tegen. Je vraagt je af wie daar doorheen is gegaan en hoe het verhaal achter die persoon is, en niet alleen dat, maar je vraagt je ook af hoe de persoon is die zich achter al die objecten verbergt. Stel je eens voor dat je mensen kunt portretteren die er niet meer zijn, die tijdig bij je in de buurt langskwamen en die je nooit hebt ontmoet, maar die je nieuwsgierig hebben geïnspireerd door het podium dat ze bezetten of gewoon omdat je een spoor van hen tegenkwam op een punt speciaal. Het zou iets mysterieus, vreemds en vooral inspirerend zijn. Dit is de uitdaging van de kunstenaar Heather Dewey-Hagborg, die het geweldige idee had om mensen te portretteren die ze nooit kende door monsters te nemen van DNA aanwezig in sigarettenpeuken en kauwgom.
Zodra deze kunstenaar de monsters in een laboratorium neemt, analyseert ze de eenvoudige nucleotidepolymorfismen, niet meer en niet minder dan variaties van DNA-sequenties, om de gegevens later over te brengen naar een computerprogramma dat die informatie kan vertalen naar echte fysieke kenmerken: van geslacht , ras of oogkleur. Daar houdt het niet op, want dan retoucheert onze hoofdrolspeler elk van de afbeeldingen minutieus op basis van de verzamelde informatie en drukt ze af met een 3D-printer. Dit alles heeft aanleiding gegeven tot een reeks werken genaamd Vreemde visioenen o Visioenen van vreemden. Hier heb je een voorbeeld van zijn fantastische werk, maar gelukkig zullen er in de toekomst meer zijn, aangezien hij erkent dat de resultaten niet 100% accuraat zijn bij de oorspronkelijke mensen, maar dat hij dat in de toekomst wel wil zijn.